"El Quejío"
Onno Kramer
Ik vraag periodiek iemand uit de flamencowereld om in de rubriek "El Quejío" een column te schrijven. De onderwerpkeuze is vrij, maar moet uiteraard wel flamenco-gerelateerd zijn. Maar daarbinnen is de inhoud dus vrij.
Deze 26e column is geschreven door flamencogitarist Onno Kramer en is het tweede deel in de serie "Ciclo de Invierno" die bestaat uit 3 columns die gedurende de winterweken zullen verschijnen.
Een korte biografie van Onno Kramer:
Onno besloot na zijn middelbare school “chemische technologie” in Enschede te gaan studeren. Een paar maanden eerder had hij zijn eerste gitaar gekocht en in Enschede begon hij ook met het leren spelen van flamenco. Hij zocht de Spaanse cultuur op door contact te maken met Spanjaarden in het lokale “Spaans centrum” en leerde er vervolgens zijn huidige beste vriend en flamencozanger Juan Peñas kennen.
Hij bleef tien jaar flamencodanslessen begeleiden in de regio en vertrok daarna terug naar Amsterdam waar hij samenwerkte met vele dansdocenten en –danseressen, waaronder natuurlijk zijn levensgezellin en destijds flamencodanseres, -choreografe en -docente, Karin Dieters. Samen organiseerden zij 8 maal Salud al Verano, dat begon als eindvoorstelling met de dansers van Karin’s flamencodansschool maar uitgroeide tot een waar festival.
Hij ontwikkelde zich verder door lessen te nemen van flamencogrootheden zoals Miguel Ángel Cortés en de inmiddels helaas overleden Moraíto Chico.
In 2006 toerde Onno samen met zijn Karin en Juan Peňas door Sardinie met hun flamencovoorstelling.
Onno Kramer & Friends: "Cinco años de amistad"
Hij groeide uit tot componist / arrangeur en maakte in die hoedanigheid een album dat in 2008 uitkwam onder de titel “Cinco años de amistad”, oftewel "5 jaar van vriendschap" wat betrekking had op de relatie met de artiesten die vijf jaar met veel toewijding aan “Salud al Verano” meewerkten.
In 2012 ontstond een muzikale verbintenis met flamencogitarist Bart van Uden en sindsdien componeren zij samen muzikale stukken voor twee gitaren.
Wat betreft dansbegeleiding is Onno de samenwerking aangegaan met de flamencodanseres Conchita Boon uit Amsterdam. Samen maken zij nieuwe choreografieën en muziek voor optredens in het theater.
Daarnaast schrijft Onno ook teksten en maakt hij de muziek bij kleinkunsttheaterliedjes en speelt in de improvisatiegroep “Zwoeng”.
Hij heeft een grote passie voor flamencozangbegeleiding en het samen met anderen creëren van nieuwe muziek. Hij werkt momenteel o.a. aan een nieuwe flamenco-cd met Juan Peñas, geheel bestaande uit eigen werk.
~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~
Ciclo de Invierno - III
… afscheid in … Diemen …
door Onno Kramer
Elke optredende flamencoartiest hoopt op volle zalen met laaiend enthousiast publiek. Het valt mij steeds weer op dat ik applaus tijdens optredens nooit echt hoor. Ik moet steeds weer achteraf vragen aan de zanger of danser of er een beetje is geklapt. Het antwoord is eigenlijk altijd hetzelfde. Ja natuurlijk, hoor je dat dan niet? Na jaren ben ik er nu achter dat dit gewoon concentratie is en ik meer bezig ben met de dans en muziek dan met applaus in ontvangst nemen. Wel heb ik een keer meegemaakt dat na een optreden met Juan Peñas er helemaal niet werd geklapt. Dat viel wel weer op. Juan had zo mooi geïnspireerd gezongen dat de mensen blijkbaar er helemaal stil van werden. Nu begrijp ik ook waarom optreden voor duizend man veel minder spannend is dan voor 14 mensen zoals ik vorige maand meemaakte.
Conchita, Juan, Onno en Ellen
Juan Peñas en ik zijn zo’n beetje samen begonnen met flamenco in het begin van de negentiger jaren. We hebben samen ontelbaar vaak gespeeld alleen afgelopen jaar toevalligerwijs wat minder. We spraken af ergens in Diemen om samen naar een Italiaans restaurant te gaan waar Wim van Vugt met pensioen ging. Wim van Vugt is geen flamencogitarist, oud danser of muzikant; nee, hij is of eigenlijk was docent fysische Chemie op het Institute for Life Science and Chemistry aan de Hogeschool Utrecht. Ik heb zelfs les van hem gehad in de tachtiger jaren.
Wat heeft hij dan met flamenco te maken? En waarom ging je dan met Juan optreden in Diemen? Het antwoord is passie voor flamenco.
En waarom dan wel? Sommige mensen hebben een onuitputtelijke energie en motivatie om anderen te helpen. Wim van Vugt is zo iemand. Ik durf te stellen dat hij in zijn gehele carrière niet één student niet heeft geholpen. Hij kwam met de meest uiteenlopende creatieve en werkzame oplossingen zodat de studenten verder op weg werden geholpen. Later ging hij zich inzetten voor mensen in de gemeenteraad van Diemen en gaat daar ook na zijn pensioen mee door. Passie is de brandstof hiervoor. Ik zet mijzelf ook in voor technische studenten maar dan vanuit het bedrijfsleven en had daarom veel contact met Wim. Bij elke ontmoeting vroeg hij mij wanneer ik weer speelde en wie zat er steevast in het publiek? Als ik optrad In Café Duende was het soms zo druk dat hij er al drie uur van te voren was voor een plaatsje. Hij onthulde een keer dat zijn vrouw eigenlijk niet zo heel erg van flamenco houdt en hij daarom een paar extra flessen wijn op tafel zette als troost.
Toen ik vernam dat Wim het einde van zijn carrière als docent, in zeer klein gezelschap, ging vieren wist ik van te voren al dat mij de vraag zou worden gesteld of ik wat gitaar zou willen spelen. Eerder zei ik al dat spelen voor duizend man prima is, maar gitaar spelen voor 14 man bezorgt mij toch wel wat kriebels. Het is dan zo persoonlijk, zo intiem dat mijn ware aard tot uiting komt: ik ben een begeleider en geen solist. Ik haal meer energie en inspiratie uit samenwerken dan alleen spelen. Voor mij voldoende reden om mijn vriend Juan ook uit te nodigen. Immers is het dan een stuk minder eng zou je denken. Maar verrassend tijdens onze ontmoeting in Diemen was hij net zo nerveus als ik. En hij is ook niet van gisteren en heeft talloze malen opgetreden voor zowel groot als klein publiek.
Comchita, Juan, Ron en Onno
Bij aankomst in het restaurant in Diemen was Wim natuurlijk aangenaam verrast en vroeg hij meteen of wij een bulería wilden spelen. Maar natuurlijk. En het ging vanzelf alsof ik Juan gisteren nog had gezien. Flamenco mag je best puur noemen als je alleen met zang en gitaar een soleá, een cantiñas en een bulería de Jerez ten gehore brengt. Je kunt je nergens achter verschuilen; het komt alleen over als het recht uit het hart komt.
Wim legt zijn gasten uit waarom hij zo van flamenco houdt en hij sluit af met dat flamenco net als een virus is; je wordt ermee besmet en je komt er niet meer vanaf. De passie voor pure flamenco is voor Wim, Juan en mij zo groot dat de zenuwen heel snel weg waren. Het maakt niet uit wie je bent, wat je doet en of je wel of geen flamenco uitoefent. Het laat je niet meer los. Dit maal hoorde ik het applaus wel.
REAGEER OP DE COLUMN!
OnnoKramer
En hiermee komt een einde aan de jaarlijkse cyclus, in dit geval een winterreeks.
~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~
De volgende column verschijnt op zaterdag 11 april
en wordt geschreven door gitarist Detmar Breuker |