Column
 Home
Home > Noticias > Column > Vida Peral
 

"El Quejío"
Vida Peral

Ik vraag periodiek iemand uit de flamencowereld om in de rubriek "El Quejío" een column te schrijven. De onderwerpkeuze is vrij, maar moet uiteraard wel flamenco-gerelateerd zijn. Maar daarbinnen is de inhoud dus vrij.

Deze vijfde column is geschreven door flamencodansdocente Vida Peral.

Een korte Flamencobiografie van Vida Peral:

Vida Peral werd geboren in de stad Chicago van de staat Illinois (U.S.A.) en is kind van Litouwse ouders. In Chicago begon ze ook haar professionele danstraining binnen het Ensemble Español / Spanish Dance Theater in 1976. De volgende 8 jaar nam ze lessen- en trad ze op in Clásico Español, Jota en Flamenco. Ze trad op in de companie van de beroemde danser José Greco, o.a. in het bekende danstheater in New York, The Joyce Theater, terwijl ze op tournee vanuit Madrid waren.
Vida Peral
Vida Peral
In 1984 besloot ze haar training voort te zetten in Madrid en belandde in de dansstudio’s van Amor de Dios. Daar nam ze les van artiesten als Ciro, Paco Romero, Pedro Azorin, El Güito, La Tati en Manolete, wat uiteindelijk resulteerde in optredens en coaching van andere danseressen.
Ze werd lid van de Paco Romero Companie en werd tevens zijn assistent. Ze was eerste danseres in voorstelling met José Granero in Palma de Mallorca en trad zowel als solist en samen met José Miguel op in Tokyo (Japan).
Momenteel geeft ze lessen in Amsterdam, begeleid door haar echtgenoot Jacco Müller (flamencogitarist en componist).
Ze was choreograaf bij het World Press Gala in Hilversum, gastchoreograaf bij het Internationaal Danstheater, choreograaf-danser in de voorstelling “La Vida Breve” samen met het Limburgs Symphonie Orkest (LSO), en trad in een reeks van voorstellingen op in Johannesburg, Zuid-Afrika.
Ze trad op en gaf workshops in o.a. de Verenigde Staten, Spanje, Japan, België, Noorwegen, Duitsland, Zuid-Afrika en Curacao.

~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~

Flamenco;
op een dag raakt het je en begint je reis!

door Vida Peral

Mary Joan Fitzmaurice, geboren in de Verenigde Staten en van Ierse afkomst, verliet Washington D.C. zodra ze oud genoeg was om haar droom, om danseres te worden, waar te maken.
Zij nam in New York danslessen en kreeg al snel haar eerste rol in het tournee gezelschap van de productie “The King and I” die debuteerde op Broadway in 1951. Toen ze tijdens de tournee in Chicago waren zag ze Carmen Amaya dansen en dat raakte haar echt.
Omdat ze gedurende twee jaar optrad in Chicago gaf dat haar de kans om intensief te studeren bij Antonio Alba, een flamencodocent in Chicago in die tijd.
Toen ze terug ging naar New York was ze een nieuw persoon met een nieuwe naam: Maria Alba!

Echter, voor haar levensonderhoud in New York, moest ze wat geld verdienen, en werkte ze als serveerster. Tot op een dag twee Spaanse dansers uit Mexico, Roberto Ximénez en Manolo Vargas, naar de stad kwamen met hun onrustig dansgezelschap. Persoonlijkheden, culturele- en raciale spanningen tussen de leden, waarvan een aantal Spaans en een aantal zigeuner, dwong hen om naar lokaal talent te zoeken. En daar was ze, Maria Alba, een jonge, intens levendige leerling, die snel leerde en zeer enthousiast was.
Ximénez en Vargas repeteerden dagelijks met haar gedurende 6 maanden achter gesloten deuren, zonder iemand iets te vertellen om verdere problemen en jaloezie te voorkomen. Een jaar later werd ze hun ster- danseres en kreeg lovende kritieken van de New Yorkse pers.
Maria Alba

“Ze is geen Spaanse danseres die het nodig heeft om abrupte en snelle bewegingen - of  een hoop lawaai te maken met haar voetenwerk."  schreef Allen Hughes in de New York Times in 1965. "Ze beheerst beide onderdelen en kan ze met passie uitvoeren, maar het zijn alleen incidentele elementen in haar arsenaal van expressiviteit. Ze is, eenvoudig gezegd, een van die zeldzame dansers die volstrekt roerloos kunnen staan op een manier dat je je adem inhoudt in afwachting van wat er zou kunnen gaan gebeuren" .

Jaren later vertelde Maria ons verhalen over haar ervaringen met Ximénez en Vargas. De jaloersheid was wreed. De dansers deden spelden in haar lippenstift waardoor haar lippen bloedden als ze haar make-up bijwerkte tussen de nummers door. De hakken van haar schoenen waren net genoeg gebroken zodat voetenwerk vrijwel onmogelijk was op het podium. Bij haastverkledingen trof ze vastgetrokken ritsen aan in haar jurken.

Uit een artikel, dat ik online gevonden heb: "Ik was een Sevillanas copla aan het oefenen, toen een van de meisjes mij liet struikelen” zei Maria. “Ik stopte de repetitie en vertelde Manolo Vargas dat als het weer zou gebeuren ik wraak zou nemen. De repetitie ging door en het gebeurde opnieuw. Zonder een woord, wham! Ik sloeg dat meisje in haar maag met zo'n kracht dat ze op de grond eindigde.”  “Maar”, vertelde ze ons, “de conflicten eindigden pas toen “Semana Santa” tussenbeide kwam. Het hele gezelschap verdween plotseling en vloog terug naar Spanje voor hun vakantie.”

Maria Alba
María Alba en Ramón Los Reyes

Na 5 jaren van grote tournee-successen werd het gezelschap ontbonden. In 1965 ging Maria alleen terug naar New York. Uiteindelijk begon ze haar eigen groep, en zelfs meerdere groepen, geleid door managementbureaus, die alle winst innamen, waardoor het bijna onmogelijk werd als danseres te overleven.

Ze deelde ook een ander verhaal met ons over deze tijd in haar leven. Het was een voorstelling voor een uitverkochte zaal. Ze stond klaar om een zeer dramatische Seguiriya met een lange ‘bata de cola’ te dansen. Terwijl ze haar entree op het podium maakte, voelde ze dat de lange cola veel zwaarder was dan normaal en het publiek begon te lachen. Ze keek om en zag haar klein hondje op de jurk zitten. Ze pakte hem op, danste van het podium af en keerde terug om verder te gaan. Het publiek werd wild enthousiast.
Vanaf 1976 wijdde Maria zich voornamelijk aan het geven van danslessen en maken van choreografieën

Maria Alba

Ik ontmoette haar in New York in 1980, bij Fazel's oefenstudio's, in de theaterbuurt van Manhattan. Ik was aan het repeteren voor een show in het theater van de Riverside Church toen ze ons bezocht en ons adviseerde en enkele nuttige tips gaf. We waren jonge dansers, met minder dan 5 jaar ervaring, en onze angst, bezorgdheid en nervositeit over de show en NY in het algemeen, was al een hele uitdaging. Bij het zien van haar stoere, bijna woeste en wrede ‘street wise attitude’ gemengd met de hete, smerige en vervallen studio en de gespannen sfeer, stonden we allemaal te bibberen in onze flamencoschoenen. Maria kwam binnen met een lange sjaal rond haar hoofd, rookte een sigaret en dronk van haar "speciale" koffie. En daar stond ze, recht voor ons, een echte flamenco life-style diva . Ze had alles meegemaakt, het allemaal gezien en overleefd.

Tijdens de jaren 40, 50 en 60 waren er in de Verenigde Staten 3 grote Spaanse tournee dansgezelschappen. Carmen Amaya verhuisde in 1936 van Barcelona naar de Verenigde Staten. José Greco was partner van La Argentinita in 1942 en later ook van haar zuster Pilar López, voordat hij zijn eigen groep begon in 1946. En natuurlijk ook Ximénez-Vargas toerden tijdens de late 50-er en begin 60-er jaren rond. Theaters waren druk bezocht en populair: Broadway, Las Vegas, etc.

Maria Alba was een pionier, en een van de eerste buitenlanders die gerespecteerd werd als een Spaanse Danser, evenals José Greco, geboren in Italie en woonachtig in New York.
Overigens, wij werden toen “Spaanse Dansers” genoemd. We oefenden in alle Spaanse dansstijlen: Regionale of folkloristische dansen (Jota) van Spanje's 50 provincies, Klassieke dans en muziek van componisten als Albéniz en Granados, Escuela Bolera, een balletstijl overgenomen van Italiaanse en Franse hofdansen uit de 17e eeuw en Flamenco. We waren er druk mee.

Het was een eer en een voorrecht om Maria te mogen ontmoeten en haar als een van mijn leraren te hebben gehad, zowel in de studio alsmede achter de schermen.
Zij stierf in New York in 1992. Voor zover we weten, was ze nooit getrouwd en had geen kinderen.

Vandaag de dag kom je flamenco over al tegen en wordt door velen bestudeerd en beoefend. Op 16 november 2010 werd FLAMENCO officieel toegevoegd aan de UNESCO Wereld Cultureel Erfgoedlijst en beschouwd als van uitzonderlijke universele waarde. De New York Times publiceerde onlangs een artikel met de titel; "Buitenlandse Redders van Flamenco". Op dit moment, zitten de flamencodansscholen van Sevilla vol met buitenlandse studenten. De rest van de wereld helpt met plezier om deze kunstvorm te laten overleven.

 

REAGEER OP DE COLUMN!

Vida Peral

~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~|~

De volgende column verschijnt op 22 juni 2013 en wordt geschreven door Therèse Laurent.


 
neem contact op
Communicatie
Flamenco
Nieuwsberichten
Artistas
Agenda optredens
Winkelen (op een andere site)
Andere cultuuruitingen
flamencoschoenen
Danslessen nemen
Gitaarles nemen
Flamenco canon bekijken
Column lezen!
Pijsvraag winnen!
Dansschoenen kopen
Dansrok kopen
Flamenconieuws lezen!
Nieuwsbrieven lezen of op abonneren
Vida Peral foto; Remco van Blokland
Foto: R.v. Blokland
Mail ons via:
Link naar pagina waarop je feedback kunt geven
Link nar pagina waarop je je kunt aanmelden om de nieuwsbrief te ontvangen
Link naar pagina waarop de nieuwste prijsvraag staat en waar vanaf je de oplossing kunt insturen
Link naar pagina waarop je tweedehands zaken te koop kunt vragen of aanbieden middels een advertentie
Link naar pagina waarop je een verzoek tot linkuitruil kunt indienen

 

 

 

Graag ontvang ik je kritiek, verbetervoorstellen of aanvullingen
Copyright                  Sitemap                 Links                  Privacy
Zonnebloemveld in Andalucía